Een trouwe fan van het Meerssens Mannenkoor.
Deze keer breng ik een bezoek aan een zeer trouwe en toegewijde fan van ons Meerssens Mannenkoor: Ludi Voncken – van Doodewaard. Al bij binnenkomst word ik direct muzikaal onthaald, niet door Ludi (want ze kan niet zingen, zegt ze) maar door de bontgekleurde dwergpapegaai die het binnentreden van de bezoeker begeleidt met een korte solo. Ik voel me nog net niet de Queen of Saba, maar hij fluit dan ook geen Händel.
L
udi volgt sinds 1999 het Meerssens Mannenkoor. In dat jaar werd haar man Lambert Voncken trouw en toegewijd 2e tenor bij ons koor en hij bleef dat tot hij op 29 december 2003 plotseling en veel te jong overleed. Lambert was ook lid van het Basilicakoor en de beide koren zongen bij de uitvaart. Dat is voor Ludi een blijvende dierbare herinnering en waar zij kan volgt zij dan ook de activiteiten van ons koor. Ze vertelt me dat met een onvervalst Rotterdams accent, zij het dat regelmatig Limburgse woordjes en uitdrukkingen om de hoek kijken. Hoe zit dat? Wel, Ludi is een schippersdochter uit Rotterdam die al jong op het schippersinternaat in Oegstgeest werd geplaatst. Daar kon ze helemaal niet aarden en na een paar jaar ging ze bij haar oma in Zwijndrecht wonen. Later woonde ze nog een tijdje in Rotterdam op kamers voor een opleiding in de verpleging.
Op een gegeven ogenblik kwam ze, samen met een vriendin, op vakantie bij haar tante in Grevenbicht en kreeg ze de smaak van het Limburgse land te pakken. En zo kwam ze op een gegeven ogenblik, op zoek naar een baan bij J.C.B. in Ulestraten terecht, waar ze zo’n 20 jaar heeft gewerkt. En inmiddels was ze getrouwd met Lambert Voncken met wie ze de liefde voor muziek en voor het wandelen deelde. Lambert hield van operamuziek, maar ook van orgelspel en van Afrikaanse muziek en Ludi heeft, naast opera en Afrikaanse muziek, vooral ook veel affiniteit met het Franse chanson, van Brel tot Brassens en van Patachou tot Piaf. Niet zo vreemd ook als je weet dat Ludi graag Frans spreekt, leest en schrijft.
Beiden hielden ze ook van kerkmuziek, zodat het niet zo verwonderlijk was dat Lambert eerst in het Catharinakoor in Ulestraten en later bij het Basilicakoor zong. Maar zijn uitgaanskoor was het Meerssens Mannenkoor, hij ging met plezier naar de repetities en ook de derde helft betekende veel voor hem: hij hield van een flinke nazit om bij te praten over het wel en wee, en ook om af en toe nog wat na te galmen. Na Lambert’s overlijden is Ludi zich betrokken blijven voelen bij ons koor, niet in het minst door het optreden bij zijn uitvaart dat ze als heel troostend en steunend heeft ervaren. Als het maar even kan bezoekt ze onze concerten. Als dat buiten Meerssen is wordt dat wel eens wat lastig omdat ze zelf geen autovervoer heeft, dus misschien moeten we maar eens een commissie carpoolen instellen.
Met veel plezier heeft Ludi inmiddels ook de reizen naar Koblenz en Winterberg meegemaakt en ze verheugt zich al op de reis volgend jaar naar Trier en Luxemburg. En ook is ze benieuwd naar de Mis die we gaan zingen bij ons koperen jubileum.
Ludi omschrijft het Meerssens Mannenkoor als een hecht koor, dat plezier in het zingen uitstraalt en een mooi gevarieerd repertoire brengt, zij het dat er voor haar wat minder Engelstalig en wat meer Franstalig gezongen zou mogen worden. En toen ze na de barbecue met Wiet en Trees Lemmens terug naar Meerssen reed, liet Wiet een CD met prachtige Afrikaanse kerstliederen horen die ook op ons repertoire niet zouden misstaan. Kortom, in Ludi Voncken-Van Doodewaard heeft het Meerssens Mannenkoor een trouwe supporter, waar we blij mee mogen zijn. En gelukkig hebben wij zo heel wat toegewijde fans, want ook een koor kan niet zonder een warme klankkast!