En nu eens een spiritual !
Woensdag 19 augustus, het Kerkplein in Geulle aan de Maas ligt lui te zonnen op deze prachtige dag waarvan de zomer 2009 er al zoveel gebracht heeft. Binnen bij Harrie Smeets zijn de meeste sporen uitgewist van zijn 70e verjaardag, die hij de dag tevoren heeft gevierd.
En Harrie geef je die 70 jaren al helemaal niet. Maar dat zie je vaak bij mensen die nooit hebben stilgezeten.
Eigenlijk zou Harrie steenhouwer zijn geworden, maar er zaten al twee broers in het bedrijf, dus vader Smeets vroeg Harrie of hij er niet wijs aandeed zijn toekomst in een andere richting te zoeken, namelijk het onderwijs, want dat zat ook in de familie.
Dus zo gezegd, zo gedaan, en op zijn 18e ging Harrie naar de Kweekschool in Heerlen. En daar stond natuurlijk ook muziek op het lesrooster.
Nu had hij al een muzikaal verleden opgebouwd bij Harmonie St.Agnes in Bunde, waar hij als jonge jongen eerst kornet en later bariton speelde. Daar leerde hij dus ook noten lezen, zij het alleen in de solsleutel.
Op de Kweekschool kreeg hij o.a. les in koorzang van de roemruchte Martin Koekelkoren.
Daar werd allicht ook de basis gelegd voor Harrie’s grote liefde voor de negrospritual en de gedragen Wolga liederen. Vaak streek hij met een paar schoolgenoten neer in een afzonderlijke treincoupé en werd de reistijd gevuld met daverende gezangen. Daar heeft hij best nog heimwee naar en vandaar de kop boven dit interviewtje.
Als vakdocent Muziek stond op de Kweekschool de heer Fred(je) Heijnen, een leraar waaraan Harrie nog levendige herinneringen bewaart. Toen ze in een schoolmusical deze docent als Alfredo del Panzo al te herkenbaar en niet helemaal vleiend persifleerden, ontstond een grote rel en werd met verwijdering gedreigd. Maar zover kwam het gelukkig niet. Harrie kreeg zijn diploma en stond de eerste 3 jaren als onderwijzer aan de Hwagveld-school. Van zijn onderwijskwaliteiten ervaren we nog ongeweten regelmatig de zoete vruchten: als leerlingen had hij onder andere Hans Zwart en Guus Gulikers in de klas.
Maar Harrie heeft bij zijn vele talenten er ook een voor tekenen en beeldhouwen gekregen en dat zocht zich een weg en zo vond hij een aanstelling aan de mavo en lhnoschool in Valkenburg. Bijna 25 jaar heeft hij aan die school zijn beste krachten gegeven. Voor muziek schoot aanvankelijk niet erg veel tijd over, behalve optredens met het lerarenkoor. Totdat iemand zijn blaasverleden ontdekte en hem strikte voor de Zaate Hermenie “Neet te hel”. Tot 1998 bleef hij daar lid van, maar toen vond hij het mooi geweest.
Zijn vrouw Roos, die al steeds in het kerkkoor zong, stelde Harrie voor om samen in een gemengd koor te gaan zingen, maar daar lag Harrie’s hart niet zozeer: de herinneringen aan de spirituals bleven knagen. Ondertussen “bekroop” zijn zwager Wiel Dolmans hem regelmatig om dan eens bij het net opgerichte Meerssens Mannenkoor te komen zingen. En zo werd hij langzaam koorwaarts gemasseerd. Toen dan ook nog broer Piet lid van het koor werd en Harrie een concert van het Meerssens Mannenkoor bijwoonde in de Synagoge, ging hij definitief voor de bijl zoals hij het zelf uitdrukt.
Spijt heeft hij daar nog geen moment van gekregen. Hem spreekt vooral de warme, hartelijke onderlinge sfeer aan, reden waarom hij de pauze en de nazit zo belangrijk vindt. Groot belang hecht Harrie ook aan een trouw bezoek van de repetities, want, zegt de leraar in hem, daar wordt de basis gelegd voor de welluidende samenzang. Ook oefent hij bepaalde partituren nog wel eens thuis. Maar daarbij speelt hem wel parten dat hij alleen de solsleutel à vue heeft leren lezen. Dus voor wat extra stemvorming is hij best te porren.
Maar wel graag eerst weer eens een spiritual op het programma, beste muziekcommissie.